Kluts de eieren los en zeef hier de kokosmeel en zout in.

Roer goed door en maak iets dunner met water.

Het beslag moet even staan, zodat het meel het vocht opneemt.

Voeg een beetje extra water toe zodat je een dik beslag hebt, dat nog wel van de lepel loopt.

Verhit wat kokosolie in een koekenpan en maak met een kleine ijsschep of juslepel kleine pannenkoekjes.

Bak de pannenkoekjes op middelhoog vuur totdat het beslag op is.

Maak ondertussen de warme kersen door de ontpitte kersen met het water op een laag vuurtje te laten pruttelen tot de kersen zacht zijn.

Roer eventueel wat arrowroot of ander verdikkingsmiddel door als je van een dikkere saus houdt. Ongeveer een theelepel zou al voldoende moeten zijn.

Serveer de pannenkoekjes met een paar lepels warme kersen en maak af met wat kokosrasp.